Het Oegandese constitutionele hof weigerde woensdag een anti-LGBTQ-wet die de doodstraf voor bepaalde handelingen van hetzelfde geslacht omvat, nietig te verklaren of op te schorten, maar vernietigde enkele bepalingen die volgens hen in strijd zijn met bepaalde fundamentele mensenrechten. De wetgeving, die in mei vorig jaar werd aangenomen, behoort tot de strengste anti-homowetten ter wereld en heeft veroordeling opgeleverd van rechtenactivisten en sancties van westerse landen. Activisten zeggen dat de wet een stortvloed aan misbruik tegen LGBTQ-mensen heeft ontketend, waaronder marteling, verkrachting, arrestatie en uitzetting. “Wij weigeren de Anti-Homoseksualiteitswet 2023 in zijn geheel nietig te verklaren, noch zullen wij een permanent verbod opleggen tegen de handhaving ervan”, zei hoofdrechter Richard Buteera, die het vonnis namens zijn vier collega’s voorlas. De rechtbank schrapte echter bepaalde onderdelen die volgens haar “in strijd waren met het recht op gezondheid, privacy en vrijheid van godsdienst”. De delen van de wet die nietig werden verklaard, stelden de verhuur van gebouwen voor gebruik voor homoseksuele handelingen en het niet melden van homoseksuele handelingen strafbaar. Op grond van de Anti-Homoseksualiteitswet waren burgers verplicht om iedereen die zij verdachten van betrokkenheid bij homoseksualiteit te melden. Deze eis was in strijd met individuele rechten, oordeelde de rechtbank. De regering zal deze secties nu uit de wet moeten schrappen, vertelde Edward Ssemambo, een mensenrechtenadvocaat die de indieners vertegenwoordigt, aan Reuters.
Wees de eerste om te beantwoorden aan deze algemene discussie